Naar aanleiding van het 100-jarige bestaan van het Rietveld Schröderhuis maakte het AvroTros-programma ‘Close up’ een documentaire. Wie was ontwerper en architect Gerrit Rietveld? En hoe zit het met die Schröder?
Gerrit Rietveld (1888-1964) begon als meubelmaker en ontwierp een aantal bekende meubels, zoals de Berlijnse stoel, de Krat-stoel, de Mondial-stoel die hij samen met zijn zoon Wim maakte, de Zigzag-stoel en de wereldberoemde Rood-blauwe stoel. Dat is al een imposant oeuvre, maar Rietveld had nog meer succes als architect. Zo was hij onder meer verantwoordelijk voor Villa Hildebrand in Blaricum, bioscoop Vreeburg in Utrecht, het Rietveld-paviljoen in Venetië, het Van Gogh-museum in Amsterdam en natuurlijk het Rietveld Schröderhuis in Utrecht, dat dit jaar honderd jaar bestaat. Rietveld had zes kinderen met zijn echtgenote Vrouwgien, vier zoons en twee dochters, waarvan een deel pa’s creatieve talent heeft geërfd. Zo was dochter Bep kunstschilderes, zoon Jan architect, zoon Gerrit jr. meubelontwerper en zoon Wim ontwerper. Laatstgenoemde was onder meer betrokken bij het ontwerp van de eerste Amsterdamse metro.
Lievelingskamer
Het bekende Rietveld Schröder-huis vindt zijn oorsprong in een toevallige ontmoeting tussen Gerrit Rietveld en Truus Schröder. De jonge Gerrit kwam in 1911 bij Truus een bureau afleveren dat hij in de meubelwerkplaats van zijn vader had gemaakt. Na die eerste ontmoeting bleven ze elkaar opzoeken. Truus voelde zich al jong aangetrokken tot moderne architectuur, maar de woning waarin ze met haar echtgenoot woonde was heel klassiek. Op één kamer na: die werd in 1921 op haar verzoek verbouwd door Gerrit Rietveld en had een heel moderne uitstraling. Het was Truus’ lievelingskamer.
Rietveld Schröderhuis
Toen haar echtgenoot in 1923 overleed, vroeg Truus aan Gerrit een nieuw huis voor haar en haar kinderen te bouwen. Aan de rand van Utrecht verscheen de woning die nu bekendstaat als het Rietveld Schröderhuis. Het was overigens destijds niet alleen een woonhuis, want op de begane grond begonnen Gerrit en Truus (onder haar meisjesnaam Schräder) hun gezamenlijke architectenbureau. In het telefoonboek stonden ze vermeld als ‘Schräder en Rietveld Architecten’. Ondertussen was Gerrit nog gewoon getrouwd met zijn Vrouwgien. Toen die in 1957 overleed, trok Gerrit eindelijk in bij Truus. Ze liepen toen al tegen de zeventig. Gerrit overleed zeven jaar later, waarna Truus er haar levenswerk van maakte om zijn archief samen te stellen. Ze bleef tot aan haar dood in 1985 in het Rietveld Schröderhuis wonen en werd daarna naast Gerrit begraven in Bilthoven. Saillant detail: jaren later werd Gerrit door zijn kinderen in Utrecht herbegraven. Naar verluidt om hem bij zijn minnares weg te halen…
Speciale slofjes
Het Rietveld Schröderhuis is inmiddels een museum en een rijksmonument en staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco. Bijna alles is nog in originele staat. “Het was destijds het allerlaatste huis van Utrecht en je keek er uit over het polderlandschap”, vertelt curator Natalie Dubois op NPO Radio 1. “Door zijn vorm als een witte blokkendoos, met uitstekende delen zoals balken en balkons, en de primaire kleuren geel, rood en blauw die werden gebruikt, was het enorm opvallend. En in een tijd van lange rokken, hoeden en wandelstokken extreem modern. Het huis is ontworpen van binnenuit: hoe wil ik leven, wat vind ik belangrijk? Daarom is het volgens kenners ook een heel fijne plek om te wonen.” Overigens zetten Gerrit en Truus in de jaren dertig een extra verdieping op het huis om riant te kunnen wonen. Twintig jaar later haalden ze die er om architectonische redenen weer af. Om het museum te bezoeken, dient u te reserveren. En u mag alleen naar binnen op speciale slofjes.