Butcher's crossing (2023)

Deze western is een verfilming van de gelijknamige roman van de Amerikaanse schrijver John Williams. De ster van de film: Nicolas Cage, die een gedreven buffeljager speelt.

De Amerikaanse schrijver John Williams (71) studeerde eind jaren veertig in Denver, Colorado. Hij was dus bekend met de Rocky Mountains, waar zijn boek ‘Butcher’s Crossing’ uit 1960 zich afspeelt. Regisseur Gabe Polsky worstelde jaren met het idee dit boek te verfilmen en haalde uiteindelijk met Nicolas Cage de ster binnen om het hoofdpersonage Miller gestalte te geven. Het verhaal begint rond 1870, als stadsjongen Will (Fred Hechinger) na een Harvardstudie naar het westen trekt om de zin van het leven te zoeken. In het pioniersstadje Butcher’s Crossing in Kansas stuit hij op het centrum van de buffeljacht en huidenhandel. Hij huurt de ervaren jager Miller in om in de bergen van Colorado een mythische superkudde te zoeken.

Rustige routine
Miller en Will gaan samen met de brommerige viller Fred (Jeremy Bobb) en een Bijbelvaste kok (Xander Berkeley) op pad. Na enige tijd vindt het viertal in de bergen de kudde waar elke jager van droomt. Miller in elk geval wel. Ze zetten hun kamp op en wekenlang bestaat hun dagelijkse routine uit buffels schieten, villen, eten en slapen. Het probleem is dat die routine het hart van het verhaal vormt, maar dat er verder weinig ontwikkeling plaatsvindt. Vooral van Will verwacht je dat zijn personage een transformatie doormaakt van stadse bleekneus tot ruige jager, maar die blijft uit. Cage doet zijn best om op bekende Cage-wijze door te draaien, maar dat is onvoldoende om het verder magere scenario te redden. Wat overblijft zijn prachtige beelden. Dat dan weer wel.